Veevoeder coöperatie De Eendracht 116 jaar historie
Veevoeder coöperatie De Eendracht heeft misschien wel meer bestaansrecht dan ooit in de 116 jaar lange geschiedenis, is de overtuiging van directeur Gert Bosch. Hij kijkt naar alle ontwikkelingen in de sector. “De landbouw staat voor de grootste transitie in de geschiedenis en wij moeten de boeren daarbij helpen.”
De Nederlandse landbouw staat aan de vooravond van grote veranderingen, zegt Bosch. En dat in een sector waarin al zoveel veranderde. De hervorming van het landbouwbeleid in 1954 zorgde voor een enorme groei. Ook de introductie en de latere afschaffing van het melkquotum hadden veel impact, net zoals de mineralen wetgeving, de fosfaatbeperkingen in 2018 met als peildatum juli 2015 en de huidige problematiek rond stikstof en pfas.
Niet weg te denken
Rond 1900 beleefde de landbouw ook roerige tijden. Veel boeren kozen toen voor samenwerking in coöperaties, waaronder de voorgangers van De Eendracht. De meeste coöperaties zijn ondertussen weer ter ziele, maar die bij de Lichtmis is nauwelijks nog weg te denken uit de streek. “Onze kracht is dat we dichtbij de boeren staan”, zegt Johan Stegeman. Hij bezoekt dagelijks zijn agrariërs en staat ze met raad en daad bij. “Wij helpen onze klanten met het optimaal benutten van ruwvoer, zodat ze een zo hoog mogelijk productie behalen”, legt de Rouvener uit. Hij heeft zelf ook een boerenachtergrond. Lachend: “De laarzen aan en tussen de koeien staan, is het mooiste van mijn vak. Ik moet ’s avonds goed stinken.”
Juist het kleinschalige karakter van De Eendracht spreekt hem aan. Werken bij een grote coöperatie is niet aan hem besteed. Hij wil klanten met raad en daad bijstaan.
Roerige tijden
Dat is typisch zo’n voorbeeld van wat Bosch bedoelt met de boeren helpen. Het zijn opnieuw roerige tijden. “Er komt zoveel op de agrariërs af, daar word je bang van”, verzucht de directeur. “Maar aan de andere kant is dit ook een periode vol kansen voor de landbouw. Wij moeten daarbij de stabiele partner zijn, die de overheid de laatste jaren niet is. Ons grote voordeel is dat we onze boeren door en door kennen en weten hoe ze werken. Daardoor kunnen we maatwerk leveren.”
Voordat maatwerk zijn de productiemedewerkers cruciaal, zegt Arjan Mijnheer van de productie. Ook daarin schuilt de kracht van De Eendracht. “Wij zorgen dat alle grondstoffen op voorraad zijn en maken de receptuur die Johan en zijn collega voorschrijven. Veel bedrijven werken met een standaard assortiment, maar wij zijn sterk in bedrijfsspecifieke samenstellingen die we voor onze klanten optimaliseren. Ook hierbij is maatwerk dus onze kracht”, vat hij de kern van het werk samen. Kwaliteitscontrole die nodig is om aan de strenge regelgeving te voldoen, neemt daarbij veel tijd in beslag. “Als bij de boer iets mis blijkt met zijn voer, moeten wij precies kunnen aantonen waar de grondstoffen van het product vandaan komen.”
De Eendracht bedient met zeventien medewerkers 242 klanten, waarvan er 170 lid zijn van de coöperatie. Na een dikke eeuw is het bedrijf aan de Lichtmis nog springlevend. Stegeman: “We zijn klein, maar gaan vol voor onze klanten. Zeker nu.
‘Boer blijven is tegenwoordig een bewuste keuze’
‘Spin-in-het-web’ én agrariër Lydia Bouwmeester-Boldewijn
Lydia Bouwmeester-Boldewijn heeft een soort van dubbelrol: ze verzorgt samen met haar collega’s de administratie van De Eendracht en heeft samen met haar ouders ook een melkveebedrijf. Ze is kortom werknemer én lid van de coöperatie. “Mijn praktijkkennis komt heel goed van pas: ik ken de taal van onze klanten en weet wat ze bezighoudt”, zegt Lydia, volgens directeur Gert Bosch ‘de spin-in-het-web’ van De Eendracht.
De boerderij van de familie staat in het uiterste puntje van de gemeente Staphorst, bijna tegen Balkbrug aan. Op de voormalige woeste gronden die onder meer door gedetineerden werd gecultiveerd, boert de familie al zestig jaar. “Opa begon op deze plek, mijn ouders zetten het voort en vormen nu met mij een maatschap. Ook mijn man komt van de boerderij en heeft samen met zijn ouders en broer een eigen bedrijf”, vertelt Lydia.
Haar echtgenoot is ‘boer in hart en nieren’. Twijfels over een beroepskeuze had hij kortom nooit. “Het is ook een prachtig vak: je gaat om met dieren, bent veel buiten en relatief gezien heb je veel vrijheid. Boeren werken keihard, maar ze kunnen hun dag wel zelf indelen. Buiten dat zet je vaak het werk van vorige generaties voort. Dat brengt nog extra passie mee. Voor boeren is hun vak het mooiste wat er is.”
En toch slaat bij veel agrariërs soms de twijfel toe. De regeldruk en de voortdurende veranderingen tasten de liefde voor het bestaan aan. “Het probleem is dat de regels steeds weer veranderen: heb je net veel geïnvesteerd om aan de nieuwe wetgeving te voldoen, verandert die weer. Daar heb je soms echt slapeloze nachten van. Je moet ontzettend veel passie hebben om nu nog boer te worden. Waar het vroeger denk ik vanzelfsprekend was dat je het bedrijf van je ouders overnam, maak je nu echt een bewuste keuze.”
Recente reacties